Het is de efficiency, domoor!

28-02-2012


Het 50-jarige feestje van de Nederlandse wederopbouw is recentelijk tot een abrupt einde gekomen en nu is er “the morning after” met een stevige kater. De bankiers staan op de stoep of je al het geleende geld per direct kunt overmaken, ze hebben een balans probleem en dat ga jij oplossen. Ongeschoren sta je ze, met een kop zwarte koffie in je hand, in je ochtendjas aan te staren. Naakt en duizelig, het feestje is al weer snel vergeten.

Ik was zelf snel klaar met die kater. Ik heb eerst een aantal conclusies getrokken over de veranderde toestand van de wereld en wat voor effect dat op mijn bedrijf had. Ik ben er snel achter gekomen dat we niet zo zeer met een financiële crisis te maken hebben, dat is vooral het uiterlijke verschijnsel, maar met een structurele herschikking van een economische structuur. Vergelijkbaar met de transformatie van de stoomtrein naar de elektrische trein of van het mercantilisme naar de industriële revolutie. Dat gaat over nieuwe economische verhoudingen, met andere spelers en wat daarbij het belangrijkste is, een nieuw stelsel van hyperverbindingen die de wereld tot een open speelveld heeft gemaakt. Daarmee verdween de relatieve bescherming die ons land en ook mijn vak jarenlang genoten heeft. Het automatisme van groei en toenemende welvaart in de westerse samenleving, veroorzaakt door een onevenredige verdeling van kapitaalstromen over de aardbol, is niet meer. Als we een relevante plek willen houden, komt daar veel meer vernuft en doorzettingsvermogen bij kijken dan vijf jaar geleden. De automatismen en het gemak horende bij een beschermde markt zijn weg.

De recente bloeiperiode, het feestje, van de bouw- en vastgoedsector van de afgelopen jaren was niet het gevolg van een toename in behoefte, maar van een verblinding van investeerders en projectontwikkelaars die dachten dat resultaten uit het verleden een garantie waren voor de toekomst. Ik heb de bereidheid van kapitaal om in mijn projecten te investeren verward met de behoefte aan nieuwe gebouwen. En ik, de ondernemer, was er nu juist voor om die behoefte goed in te schatten. Juist in het vastgoed, meer dan in elke andere branche, is er sprake van een overaanbod dat zich over een periode van meer dan vijftien jaar heeft opgebouwd. De motor van mijn wereld was het investeren, niet de beantwoording van een vraag. We bouwden Hummers als kantoorgebouwen, terwijl de wereld op slimme elektrische autootjes aan het wachten was. Beetje dom dus.

Daar ligt voor mij de essentie van de nieuwe opgave voor mijn onderneming. Als je de herschikking van onze economie en samenleving in de eerste plaats als een efficiencyslag gaat zien, valt alles snel op zijn plaats. De ontwikkelingen in de wereld dwingen ons, in het westen, een veel efficiëntere samenleving te maken. Niet één waar we voor elke handeling- wonen, werken, winkelen, sporten, recreëren - een eigen plekje hebben gereserveerd, inclusief vijf keer een parkeerplaats, maar één waar we veel integraler gaan denken. Waar we wonen, kunnen we ook werken. Winkelen en werken kunnen we veel beter integreren. We moeten geen wegencapaciteit gaan opbouwen rond de twee piekuren per dag, maar er voor zorgen dat onze verplaatsingen zich over de dag verdelen. Dat vergt een andere inrichting van steden, van kantoorgebouwen en woningen etc. Dat gaat veel meer over organiseren, dan over nieuwe utopische steden. Daar ligt het nieuwe business model van mijn onderneming. Die nieuwe wereld kun je bereiken met kleine overzichtelijke stapjes, dus vooral weg blijven van grootse ideaalplannen, die heel veel kapitaal vragen. Dat noemen wij nu het grote tuinieren. Minder breken en bouwen, meer verbeteren. Het land van mijn kinderen staat er al, de opgave van vandaag is dat land aan te passen aan een nieuwe behoefte. Die opgave is erg omvangrijk en buitengewoon interessant als je projectontwikkelaar bent.

Dus binnenkort weer een feestje en dan samen met mijn bankiers, zodat we nog even kunnen mijmeren over die tijd dat we het zo zwaar hadden, maar ook dat we ons kunnen verheugen op een nieuwe bloeiperiode en dat we eindelijk begrijpen dat onze wereld voorgoed veranderd is. We gaan het niet laat maken, we moeten de volgende dag weer hard werken.

Rudy Stroink



 << Vorig artikel Terug naar portal Volgend artikel >>